IOC voorzitters
De moderne spelen zijn een idee van Pierre de Coubertain die olympische spelen organiseerde voor mannelijke atleten. Hij was fel tegenstander van vrouwensport omdat het onethisch was. Het heeft onder zijn leiding lang geduurd voordat vrouwen mondjesmaat toegang kregen tot de spelen. Eerst alleen croquet en kunstschaatsen. Er zijn nog steeds verschillen in krachtmetingen en afstanden tussen vrouwen en mannen. De vrouwen rijden geen 10k op de schaats bijvoorbeeld.
In 1952 werd Avery Brundage voorzitter voor 20 jaar. Hij was voor de oorlog al voorzitter van het Amerikaanse comité. Zijn bijnaam was Slavery Brundage, hij was racist en seksist. Zo schorste hij Jesse Owens toe die te moe was om nogmaals naar Europa te gaan voor demonstratiewedstrijden. Slavery was niet gewend dat zwarte mensen zijn opdrachten niet uitvoerden.
Toen kregen we Antonio Samaranch. Hij was een fascist, aanhanger van Franco en staatssecretaris onder diens leiding. Een zeer autoritaire man die zich 'excellentie' liet noemen. Hij stelde alleen IOC-leden aan die zijn beleid steunden zoals de jaknikker Anton Geesink. Samaranch omringde zich het liefst met adel en prinsen. Dat was ook de reden waarom Willem Alexander werd opgenomen in het IOC.
Pas onder Jacques Rogge werd het IOC een fatsoenlijke en professionele organisatie. Nederland heeft één zetel en die wordt bezet door Camiel Eurlings die onlangs zijn vriendin naar de Paralympics stuurde.
Wat een zootje ongeregeld.
<< Homepage