maandag 29 juli 2019

Wat is oneerlijker: transgender of intersekse in de competitie?

Stel - for the sake of the argument - dat we zowel transgenders als interseksen oneerlijk vinden in de vrouwencompetitie. Dat roept bij mij de vraag op welke van beide oneerlijker is.

Een transgender van man naar vrouw hoeft geen chirurgische ingreep te ondergaan. De testikels mogen blijven. De enige eis is dat het testosteronniveau binnen de vrouwelijke waarde blijft. Wetenschappelijk: de T-waarde moet kleiner zijn dan 5 nanomol per liter bloed. Hormonen die de baardgroei remmen zijn toegestaan bij transgenders maar niet bij vrouwen of mannen. Je kunt er namelijk je T-waarde mee maskeren. Dat is opmerkelijk.

Intersekse atletes die hyperandrogeen zijn, moeten ook hun T-waarde in de vrouwelijke range brengen. Dat geldt voor de loopafstanden 400 tot en met de mijl.

Maar nu komen de andere verschillen. Mannen hebben een grotere longinhoud dan van vrouwen, smallere heupen, bredere schouders, grotere botdichtheid, ze zijn langer en hebben een andere opvoeding gekregen. Factoren die je niet ongedaan kunt maken, maar die wel atletisch voordeel bieden. Je kunt nu eenmaal niet alle ontwikkelingen in de mannelijke puberteit ongedaan maken.

Toch hebben transgenders al veel langer onbeperkt toegang tot de vrouwencompetitie, terwijl de sportbonden een gigantische heisa maken over intersekse vrouwen. Dat is dus vooral raar omdat transgenders meer voordeel hebben in de competitie buiten hun T-waarde.

De conclusie dat transgenders meer oneerlijk voordeel hebben in de vrouwencompetitie dan intersekse atletes als Semenya. Er is meer reden voor protest tegen de deelname van transgenders in de vrouwencompetitie dan tegen interseksen. Trandenderisme is oneerlijker.