donderdag 16 mei 2013

Sport als compulsieve stoornis

In een interessant antropologisch artikel beschrijft de voormalige honkballer George Gmelch de rituelen, taboes en fetishen in Amerikaans honkbal. Een ritueel is bijvoorbeeld bij elke wedstrijd dezelfde onderbroek aan, een taboe is een zelf opgelegd verbod zoals lopen op de kalklijn en een fetish kan een steen, een ketting zelfs het aaien van een specifieke hond zijn. De speler voert het allemaal uit om controle over de wedstrijd te krijgen, controle tegen de angst te verliezen. Sommige spelers voeren wel twaalf verschillende handelingen uit voor ze aan slag komen. Altijd in dezelfde volgorde. En zonder enige schaamte.

Het is opmerkelijk dat topsporters die tot de besten van de wereld behoren meer waarde toekennen aan een vuile onderbroek dan hun sportvaardigheden. Gmelch heeft -  als ervaringsdeskundige - een antropologische studie gedaan naar dergelijke rituelen. Ik zou vooral geïnteresseerd zijn in de psychologische kant. Wat is de overeenkomst tussen het uitvoeren van sportrituelen en een compulsieve stoornis. Mensen die in het dagelijks leven voortdurende rituelen in hun hoofd of in hun gedrag uitvoeren. Interessante kost voor een promotieonderzoek.

Ik heb Gmelch gevraagd of hij eens wil nagaan of mensen na hun actieve sportloopbaan dergelijke rituelen blijven uitvoeren.

Sport is link.